‘Tristan en Isolde’ is het tweede deel van de
Koning Arthur-trilogie. Evenals de andere delen speelt deze ridderroman zich af
in het Engeland van de zesde eeuw. Deze versie van Jaap ter Haar is gebaseerd
op de legendes die vertellen over Koning Arthur en de Ridders van de Ronde
Tafel, waaronder Tristan en Parcival. Als veertienjarige had ik de versie van
Ed Franck gelezen. Ik vond het toen een mooi verhaal, want het deed me denken
aan de onmogelijke liefde tussen Romeo en Julia. De versie van Jaap ter Haar
heeft voor mij veel meer duidelijkheid gebracht dan de toch wat korte versie
van Ed Franck.
Filmische structuur
Vanaf de eerste regel van het verhaal had ik
het gevoel dat ik een chronologisch sterk filmscenario aan het lezen was. Een
werk – ook een herschreven werk – is klassiek sterk als het begint met een
uitnodigende inleiding, een uitgebalanceerd middenstuk en een relatief logisch
einde. De inleidende vraag “Wat was de afstand van het leven naar de dood” (Jaap
ter Haar, 2012, p. 167) krijgt op het einde haar antwoord: “Er was geen afstand
meer tussen leven en dood. Want leven en dood deinden weg op het eeuwige water…”
(Jaap ter Haar, 2012, p. 303). Louter structureel bekeken is de verhaalcirkel
hiermee rond. De inleidende vraag gaat over de hoogzwangere Blanchefleur die
het nieuws van het overlijden van haar man, Rivalin, voor haar uitschuift.. In
dit besef stierf Blanchefleur in het kraambed en begon voor haar zoon Tristan
het leven. Vanaf hoofdstuk twee volgen we Tristan vanaf zijn zestiende
levensjaar. Allerlei soorten avonturen vullen dit middenstuk. Spoedig krijgt
Tristan de opdracht van koning Mark om Isolde (dochter van de vijand) als bruid
voor de koning mee te brengen. Tristan en Isolde worden verliefd op elkaar.
Deze onmogelijke liefde zorgt voor vele problemen en eindigt met het
definitieve afscheid van Isolde. Pas op het einde vindt hij zijn rust terug bij
een andere Isolde. Hij trouwt met haar en een oude pijlwond veroorzaakt hevige
koorts waarin hij in vreselijke pijn roept om zijn eerste Isolde. In dit citaat
stelt hij de kleine Isolde gerust na te roepen om de eerste Isolde: “Mijn
kleine Isolde, wees daar niet over bedroefd. Ik heb haar meer lief gehad dan
het leven. Zo en niet anders heb ik ook van jou willen houden!” (Jaap ter Haar,
2012, p. 299). Ook in heel het middenstuk zitten nergens losse eindjes. Dit
verhaal vormt structureel een eenheid.
Zwart-wit: morele duidelijkheid.
Na de structurele argumenten wil ik graag een
licht werpen op de belangrijkste morele argumenten. In elk avontuur is direct
duidelijk wie de goede partij is en wie de slechte vijand is. Zo blijkt uit een
van de opdrachten van koning Mark: “Trek op naar Loonnois en voer je zwaard in
de rechtvaardige strijd voor je erfdeel.” (Jaap ter Haar, 2012, p. 189). Ook in
de grootste liefdesmoeilijkheden tussen Tristan en Isolde blijft duidelijk wat
goed en slecht is. Al deze morele argumenten zijn ook een kenmerk van de
hoofse, middeleeuwse ridderromans.
Tot slot was dit boek een fantastisch boek om te lezen met zijn sterke structuur en
duidelijke morele standpunten. Een verhaal
waar je helemaal in op kan gaan. Mooi, maar toch ontspannend om te lezen.
Een interessante link bij dit verhaal is dan ook www.celticbritain.net/Tristan-Isolde.htm.
BIBLIOGRAFIE
Mooij, J. J. A., 1979, Tekst en lezer. Opstellen
over algemene problemen van de literatuurstudie: De motivering van literaire
waardeoordelen. Amsterdam: Polak & Van Gennep
ter Haar, J., 2012, Koning Arthur TRILOGIE, Utrecht: Uitgeverij Callenbach
Tristan en Isolde, (s. d.) Opgehaald van http://www.luisterboeken.nl/jaap-ter-haar-tristan-en-isolde.html
Tristan en Isolde, (s. d.) Opgehaald van http://www.luisterboeken.nl/jaap-ter-haar-tristan-en-isolde.html
Celtic Britain. (2011). Tristan en Isolde. Opgehaald van www.celticbritain.net/Tristan-Isolde.htm